Afdrukken

Over de wolf en de geitjes in de Ermelose gemeenteraad

COLUMN - Het is echt waar, de boze wolf, Sinterklaas en Sneeuwwitje wonen in Ermelo. Dit werd duidelijk bij de behandeling van de kadernota 2024 in de laatste raadsvergadering. Er werden allerlei cadeautjes uitgedeeld alsof het niets was en er werd tot bloedens toe met de roe geslagen richting de arme stumpertjes die het gore lef hadden om zomaar geld, uw geld beste Ermeloërs, uit te geven aan allerlei onzin.

Ondertussen riep de grote boze wolf steeds maar dat in Putten ze altijd goed luisterden als hij wat zei. Zonder gezeur en dus ging het daar ontzettend goed. En wie niet luisterde werd gewoon opgegeten. Zo gemakkelijk ging dat. Die Ermelose schapen en geiten snapten het allemaal niet, maar hij zou ze dit wel leren. De domkoppen. Hij zou ze ook leren rekenen, want hij wist precies hoe je van 1 plus 1 dertien kon maken en dat was in Ermelo al jaren niet gebeurd. Met de acht overgebleven geitjes in de wei hoefde je trouwens helemaal geen rekening te houden. Die waren te dom om te kunnen rekenen. Dus die liet je gewoon een beetje mekkeren en zeuren. Daarna kon je ze gewoon opeten. Dat had hij in Putten ook gedaan en die geiten smaakten veel beter dan die muf ruikende Ermelose geiten. Dat vond Sneeuwwitje niet zo leuk zei ze, maar ja de boze wolf is veel te sterk voor een slaperig prinsesje. Ze probeerde nog, na een flinke geeuw want het was een hele zit, iedereen weer bij elkaar te vegen. We moeten toch kunnen samenwerken met zijn allen riep ze wanhopig. De acht geitjes snapten alleen niet waar ze het over had. De boze wolf had alles toch al geregeld? En zijn hulpwolfje zat toch lekker alle centen die over waren te tellen bij de put van vrouw Holle? Dat arme Ermelo was toch een echt zorgdorp en nu zorgde niemand meer voor elkaar, en Sneeuwwitje keek de acht geitjes verwijtend aan. Die hadden immers niet meegedaan aan alle achterkamertjes, want ze vonden dat het er zo stonk. En ze hadden geen zin opgegeten te worden. Nou, dat was echt onzin zei de boze wolf. Het stonk helemaal niet, want hij had gezegd dat het niet stonk en dan was het waar. En als ze niet stopten met zeuren zou hij ze alsnog opeten. Ondertussen beleefde Sinterklaas een gouden tijd. Hij kon cadeautjes uitdelen en, riep hij hard, het maakt helemaal niet uit hoeveel dat allemaal kostte, want we hebben toch geen geld. Dat was allemaal weggemaakt door een stelletje onbetrouwbare geitjes. Gelukkig had Sint zijn grote boek bij zich waaruit hij vooral veel voorlas uit het verleden. Na een lange zit leefden de geitjes nog, was Sneeuwwitje in slaap gevallen, vond Sinterklaas alles mooi zolang hij maar cadeautjes uit mocht delen van de boze wolf en droop er wat bloed uit de bek van de grote boze wolf; één geitje miste een poot. En ze leefden nog enige tijd, maar gelukkig?