Afdrukken

Ondernemer heeft regels ruimschoots overschreden

ERMELO - De gemeente Ermelo gaat handhavend optreden tegen de Pallet- en Timmerfabriek Ten Hove aan de Haspel 105 in Ermelo. De opslag van alle pallets op het perceel is in strijd met het bestemmingsplan. Het college heeft echter in 2012 de opslag gedoogd voor de duur van twee jaar en met een maximum van 2.850 m2. Maar die hoeveelheid heeft het bedrijf ruimschoots overschreden. Bij een controle afgelopen zomer is geconstateerd dat er ruim tweemaal zoveel staat. Ook de afscheiding met kisten is illegaal en gevaarlijk omdat het voor brandoverslag kan zorgen.

In de gedoogbeschikking (2012) was de voorwaarde van maximaal 2.850 rn2 aan palletopslag opgenomen. Daarnaast moest men ervoor zorgen dat de opslag van pallets op veilige wijze zou plaatsvinden en een eventuele brand op het perceel beheersbaar zou blijven. In 2014 is deze gedoogbeschikking verlopen, maar zijn de pallets op het perceel aanwezig gebleven. Op 18 juni 2020 hebben een toezichthouder van de gemeente Ermelo en een brandpreventiedeskundige van de Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland (VNOG) een controle uitgevoerd op het perceel. Het was niet mogelijk de exacte hoeveelheid vierkante meters aan palletopslag te meten. Naar schatting stond er tussen de 5.000 en 6.000 m2 aan palletopslag. Ook aan andere voorwaarden uit de gedoogbeschikking uit 2012 werd niet voldaan. Twee weken geleden hebben twee toezichthouder van de gemeente een hercontrole uitgevoerd. Gebleken is dat er minder pallets stonden opgeslagen dan op 18 juni, maar nog wel aanzienlijk meer dan 2.850 m2.

Verplaatsen

De Stichting Woon- en Recreatiebelangen Tonselse Veld (WRBT) heeft meermaals een verzoek tot handhaving gedaan, maar tot op heden gaf het college hierop geen gehoor. Ook procedures bij de rechter bracht het college niet op andere gedachten. De Raad van State tikt het college meermalen op de vingers als het gaat om het verzoek handhavend op te treden. Maar de gemeente Ermelo besloot tot een onderzoek over te gaan en te kijken of verplaatsen van de Pallet- en Timmerfabriek een optie was. Gedurende die periode wilde men niet ingrijpen. Toch heeft men nu besloten over te gaan tot handhaving. ‘Wij vinden het belangrijk dat wettelijke geboden in bestemmingsplannen worden nageleefd. Bovendien willen wij voorkomen dat - door niet handhavend op te treden - ongewenste precedenten ontstaan.’ Dat laat de gemeente weten in de Last onder Dwangsom. Het college voelt zich nu verplicht op te treden tegen overtredingen. ‘Daarvan mogen wij alleen afwijken als de overtreding kan worden gelegaliseerd of handhaving niet in een redelijke verhouding staat tot de daarmee te dienen belangen. Beide gevallen doen zich in het geval van de palletopslag boven de 2.850 m2 niet voor.’

Legalisatie 

Het college heeft onderzocht of het wenselijk is om de opslag van pallets in de huidige omvang te legaliseren. De gedoogbeschikking die in 2012 is genomen is destijds gebaseerd op de hoeveelheid pallets die er toen waren. Er is toen ook besloten dat de hoeveelheid niet mocht toenemen. De gemeente is met het bedrijf in gesprek over de verplaatsingsmogelijkheid. Legalisatie van de huidige omvang van de palletopslag in strijd met het bestemmingsplan is dan ook niet de bedoeling. Het haalbaarheidsonderzoek naar de verplaatsing van de Pallet- en Timmerfabriek is nog niet gereed. Het taxatierapport is inmiddels wel klaar en de ondernemer heeft de mogelijkheid gekregen daarop te reageren. Er moet nog een aantal stappen worden gezet voor de conclusie kan worden getrokken of verplaatsing redelijkerwijs haalbaar is. Pas als blijkt dat verplaatsing van alle bedrijfsactiviteiten redelijkerwijs niet mogelijk is, kan worden beoordeeld in hoeverre legalisatie van de huidige bedrijfsactiviteiten haalbaar is.

Dwangsom

Wanneer de Pallet- en Timmerfabriek niet, niet tijdig of niet volledig aan de opgelegde last voldoet, dan verbeurt men een dwangsom van € 25.000,- per maand of deel van de maand dat de strijdige situatie voortduurt, met een maximum van € 100.000,-. Ook de kistenrij moet verwijderd worden. Hiervoor is een dwangsom vastgesteld van € 10.000,- per maand of deel van de maand dat de strijdige situatie voortduurt, met een maximum van € 50.000,-.