Bram van Winkoop truckchauffeur bij Coronel Dakar Team

‘De routes voor de assistentie zijn leuker en uitdagender dan vorig jaar’

ERMELO – In de Dakar Rally zijn de coureurs de eigenlijke helden. Maar, zonder hulp van de monteurs en de truckdrivers, kunnen ze echt niet. Ermeloër Bram van Winkoop is zo’n truckdriver. Hij rijdt de servicetruck van het team Coronel Dakar Team. Hoe zien zijn dagen eruit? Ermelo van NU vroeg het de jonge plaatsgenoot. 

Wie de Dakar Rally volgt ziet vooral beelden van trucks, auto’s, buggy's, quads en motoren die door het mulle woestijnzand ploeteren, over rotsen en duinen en soms over min of meer verharde wegen. ,,Maar,’’ vertelt Van Winkoop, ,,wij rijden met de servicetruck voornamelijk over verharde wegen. Gelukkig maar, want dan zijn we zo snel mogelijk in het volgende bivak om Tim en Tom Coronel op te kunnen vangen.’’ Van Winkoop rijdt voor het tweede jaar de Dakar Rally. Ook vorig jaar was hij chauffeur op de assistentie-truck van het team Coronel. De truck moet zorgen dat alle gereedschap, onderdelen en spullen voor het bivak goed overkomen. Van WInkoop: ,,Ik moet zeggen dat de routes voor de assistentie leuker en uitdagender zijn dan vorig jaar, we rijden dit jaar meer door kleine dorpjes en door de bergen. Ieder uur is het landschap weer anders, ik hoef me dus zeker niet te vervelen! We rijden ongeveer tussen de 600 en 900 kilometer per dag en doen daar tussen de 9 en de 11 uur over.’’

Credits

De Ermeloër is binnen het team van Tim en Tom Coronel de enige vrachtwagenchauffeur. Dat heeft nadelen: ,,Ik kan dus met niemand afwisselen, maar het zorgt er dus ook voor dat ik in het bivak niet hoef te sleutelen,’’ lacht Van Winkoop. ,,Het is binnen het team namelijk de regel dat de monteurs onderweg kunnen slapen en relaxen, zodat ze fit zijn om in de avond te sleutelen. Dus alle credits voor het sleutelen gaan wat mij betreft zeker naar de monteurs! Zodra we in het bivak zijn, zorg ik, samen met de twee monteurs vanuit de truck dat we het bivak opbouwen. ‘s Avonds zorg ik ervoor dat de tenten worden opgezet zodat de monteurs gelijk kunnen slapen na het sleutelen. Zodra Tim en Tom binnen zijn, zorg ik dat hun racekleding weer netjes is voor de volgende dag.’’

Eten

Bij het vertrek vanuit het bivak, dus de start van de etappes, krijgen de teams een lunchpakket mee. ,,Dat is wel fijn want dan hoeven we onderweg niet perse te stoppen om te eten en kun je zoveel mogelijk kilometers maken. De gemiddelde snelheid hangt af van de kwaliteit van de wegen, we rijden soms 90, maar soms kunnen we ook niet harder dan 40 km per uur. Onderweg worden we op de hoogte gehouden van de resultaten van Tim en Tom gedurende de etappe. En ook als er problemen zijn moeten we dit weten zodat we eventueel assistentie kunnen verlenen.’’ De teams hebben, ondanks de concurrentie, veel onderling contact. Niet alleen tijdens de etappe, waar als het nodig is, coureurs elkaar helpen, maar ook bij de monteurs en chauffeurs. ,,We hebben veel contact met andere teams, voornamelijk uit Nederland. Zoals het Fireman Dakar Team, zij zijn helaas vroegtijdig uitgevallen, maar zij staan altijd naast ons in het bivak, dus dan kunnen we elkaar helpen waar nodig. Dat is ook één van de mooie dingen van de Dakar Rally: Je doet het allemaal samen!’’

Etappe 8

Vandaag werd de achtste etappe gereden van Sakaka naar Neom over 709 kilometer. Het was het tweede deel van de marathonetappe die gisteren begon. Tim en Tom Coronel eindigden vandaag, net als gisteren, weer op de 25e plaats en 27e in het algemeen klassement.